Skip to content

Problemen met de voeding in de eerste levensjaren van je kind kunnen leiden tot verstoord eetgedrag. Bijvoorbeeld door de noodzaak van langdurige voeding via een neus-maagsonde of een pijnlijke keel en slokdarm door ernstige refluxziekte.

Vanaf de leeftijd van zes maanden gaat gedrag rond de voeding een steeds grotere rol spelen. Je kind heeft bijvoorbeeld geen belangstelling voor eten, weigert voedsel door de mond dicht te houden, of het eten uit te spugen, of met het eten te gaan spelen. Je kind kan ook bang zijn om te slikken of heeft, (bij autistiform gedrag bijvoorbeeld), een afkeer tegen of voorkeur voor bepaalde voedingsmiddelen ontwikkeld. Voor een deel is dit “normaal” voor de leeftijd. Als het echt problematisch wordt, is het slim om ondersteuning te zoeken.

Een multidisciplinair team kan je helpen het gedrag van je kind te verbeteren. Bij ernstige problemen kan je kind behandeld worden door een eetteam in een aantal ziekenhuizen of revalidatiecentra. Voor kinderen met CP en een verstandelijke beperking of autisme zijn er specifieke behandelingsmogelijkheden.

Back To Top