Osteoporose
Omdat kinderen met een meervoudige beperking vaak moeilijk en weinig kunnen bewegen hebben zij een verhoogde kans op osteoporose. Ook sommige medicijnen verhogen de kans daarop. Osteoporose betekent letterlijk: poreus bot. De botafbraak is dan groter dan de botopbouw en dit verzwakt je botten. Dat kan pijn veroorzaken en de botten van je kind kunnen sneller breken dan bij gezonde leeftijdsgenoten. Vaak merk je dit pas als je kind iets breekt. Je kunt vragen om een onderzoek naar osteoporose. Meer weten? Kijk dan op osteoporosevereniging.nl
Scoliose en vergroeiing
Scoliose komt vaak voor bij kinderen met meervoudige beperkingen, vooral tijdens de groeispurt in de puberteit. Het is een zijwaartse kromming of rotatie van de wervelkolom. Een scoliose gaat vaak samen met vergroeiingen in het bekken en het uit de kom groeien van één of beide heupen. Meestal veroorzaakt door een verstoring in de balans tussen spierspanning en motorische vaardigheden. Vaak in combinatie met andere neurologische afwijkingen. Voorkomen is moeilijk. Met oefening of hulpmiddelen kan het proces van een scoliose wel vertraagd worden. Met lichamelijk onderzoek kan een arts de rug controleren. Bij een verkromming maakt men een röntgenfoto en houdt de arts de toename van de verkromming nauwkeurig in de gaten. Als het echt noodzakelijk is bespreekt hij met ouders een operatie met goede afspraken over de voordelen en de risico’s. Het is een grote operatie die zes tot acht uur kan duren met aansluitend een lange revalidatieperiode. Kinderen met meervoudige beperkingen worden behandeld door een scolioseteam.
Kijk hier voor uitgebreide informatie
Spasticiteit en spierverkortingen
Kinderen met meervoudige beperkingen met spasticiteit hebben vaak een verhoogde spierspanning. De groeispurt in de puberteit veroorzaakt vaak extra spierspanning en spierverkortingen. Daarvoor bestaan verschillende behandelmethodes. Medicijnen zoals baclofen, artane of diazepam kunnen spierspanning verminderen. Het is belangrijk om goed met de behandelend arts te kijken naar de juiste dosering, de te verwachten werking en de bijwerkingen. Een behandeling met ‘botox’ (botulinetoxine BTX-A) is ook mogelijk. De arts injecteert dit onder plaatselijke verdoving of narcose direct in de spier. Botox blokkeert de prikkeloverdracht van zenuw naar spier waardoor de spierspanning afneemt. Soms is een operatie de beste oplossing om de spanning van de spieren af te halen.
Epilepsie
Bij kinderen met meervoudige beperkingen komt epilepsie vaak voor. De puberteit kan invloed hebben op de epilepsie. Het is goed om dit al vóór de puberteit met de neuroloog te bespreken.
Tijdens de puberteit groeien en veranderen de hersenen van je EMB kind. Daarnaast verandert het lichaam van je kind onder invloed van hormonen. Dat zijn stofjes die je lichaam zelf aanmaakt. Hormonen regelen allerlei functies van je lichaam en beïnvloeden processen. De verandering van de hersenen in combinatie met hormonen kan een grotere kans op epilepsieaanvallen geven. De epilepsie kan dus verergeren.
Behandeling van epilepsie bij kinderen met meervoudige beperkingen gebeurt vaak door gespecialiseerde centra zoals Sein
Slaapproblemen
Slaapproblemen komen vaak voor bij kinderen met meervoudige beperkingen. De puberteit veroorzaakt soms extra slaapproblemen. Het gebrek aan slaap is moeilijk voor je kind maar ook voor jou als ouder. Een slaaptekort maakt het zwaarder om de intensieve zorg goed vol te kunnen houden. Je kunt de Arts Verstandelijk Gehandicapten (AVG) om advies vragen. Er bestaat hiervoor ook een gespecialiseerd centrum