Pubers met meervoudige beperkingen laten op hun eigen manier zien dat ze ouder worden. Naast hun lichamelijke verandering zie je vaak dat ook interesses en persoonlijkheid veranderen. Ontwikkeling is niet vanzelfsprekend, maar stimuleren kan helpen. Daarvoor blijft je EMB puber afhankelijk van wat je hem biedt.
Verandering behoefte
Voor je kind is het fijn als je oog houdt voor mogelijkheden en ontwikkeling. Pubers kunnen behoefte hebben aan een meer volwassen omgeving. Neem je kind daarin serieus en laat het aanbod meegroeien met de leeftijd.
Eigen invloed
Sommige pubers doen meer moeite om invloed te hebben op wat er gebeurt. Ze proberen duidelijk te maken wat ze willen. Als het lukt zeggen ze vaker ‘nee’ of worden boos als je niet naar ze luistert. Anderen sluiten zichzelf af om te laten zien dat ze even geen contact willen.
Leeftijdsgebonden mogelijkheden
De smaak van je kind kan veranderen in de puberteit. Dat kan gaan om eten, drinken en kleding, maar ook om andere interesses. Zoals een voorkeur voor bepaalde materialen, muziek of activiteit. Pubers vinden snelheid vaak heerlijk. Probeer eens schommelen in plaats van snoezelen als dat kan. Je kunt ook andere muziek uitproberen in plaats van kinderliedjes. Een praktijkvoorbeeld vanuit een dagbesteding is een ‘mooie mannen muur’ met plaatjes van aantrekkelijke mannen uit een meidenblad. Daar hebben sommige pubermeiden veel interesse voor. Ook apparaten zoals boormachines, stofzuigers en mixers kunnen ineens interessant worden. Een ander idee is laten ‘helpen’ met koken voor zover dat mogelijk is. Geeft je kind het gevoel dat hij je kan helpen, daar gaat het om.
Goed om te weten
Als je kind minder goed in zijn vel zit valt het vaak terug in de vertrouwde kinderdingen. Zodra het zich beter voelt komt er weer ruimte voor uitdaging. Pubers willen vaak liever niet meer op schoot omdat ze ook lichamelijk behoefte hebben aan meer ruimte. Het helpt als je op een volwassen manier tegen je puber praat. Verder kan een verandering van aanbod ook ander gedrag oproepen bij je kind. Als ouder hoef je niet de therapeut van je kind te zijn. Je kunt hulpverleners vragen om je daarin te ondersteunen.